VVD-leider Mark Rutte wordt vaak bespot omdat hij geen vriendin heeft. Mocht hij in het nieuwe kabinet de regering gaan leiden, dan wordt hij de tweede ongetrouwde premier in de Nederlandse geschiedenis.
Van de 41 ministers-presidenten sinds 1848 is alleen Johannes Kappeyne van de Coppello (premier 1877-1879) zijn hele leven ongehuwd gebleven.
Ook in de derde termijn van Thorbecke en tijdens de premierschappen van Rochussen, Van Bosse en Abraham Kuyper was er geen first lady. Zij waren echter geen eeuwige vrijgezellen, maar weduwnaars die niet waren hertrouwd.
Het aantal weduwnaars onder de premiers is overigens opvallend hoog: 11 van de 41. Rochussen en Jacob van Zuylen van Nijevelt hadden voor ze aantraden zelfs al twee echtgenotes verloren.
In tegenstelling tot de Amerikaanse presidentsvrouwen hebben de Nederlandse premiersvrouwen nooit een grote rol gespeeld. Ze waren onzichtbaar, onbekend en onbemind. Een treffende illustratie hiervoor is deze door Drees-biograaf Jelle Gaemers opgediste anekdote:
Bij zijn afscheid als premier van vier kabinetten in tien jaar kreeg Willem Drees in 1958 persoonlijk door koningin Juliana de allerhoogste onderscheiding opgespeld, het Grootkruis in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Voor het draagteken op de revers moest hij, zoals elke gedecoreerde, zelf zorgen. En zo toog mevrouw To Drees-Hent naar de Haagse Kneuterdijk en vroeg in een deftige winkel naar het draagteken van het Grootkruis. De man achter de toonbank keek haar meewarig aan en zei: ‘Mevrouw, ik geloof dat u zich vergist en dat uw man vast een andere onderscheiding heeft gekregen. Het Grootkruis Nederlandse Leeuw is de hoogste onderscheiding die we kennen, oud-premier Drees heeft die onlangs gekregen.’
De premiersvrouwen van Schimmelpenninck tot Balkenende
Gerrit graaf Schimmelpenninck (1848-1848)
Johanna Philippina Frederica Carolina Constantina barones van Knobelsdorff (Schimmelpenninck was weduwnaar van Henriëtte Euphemia Johanna Stulen en hertrouwde na de dood van Johanna met de weduwe van haar broer, Louise Charlotte Jeannette van Schuylenburch)
Jacob Mattheüs de Kempenaer (1848-1849)
Arnoldina Jacoba Gerlings
Johan Rudolf Thorbecke (1849-1853, 1862-1866, 1871-1872)
Adelheid Solger (zij overleed in 1870, dus Thorbecke was tijdens zijn derde termijn weduwnaar)
Floris Adriaan baron van Hall (1853-1856, 1860-1861)
Henriëtte Marie Jeanne barones Schimmelpenninck van der Oye (Van Hall was weduwnaar van Alida Paulina Bondt)
Justinus Jacob Leonard van der Brugghen (1856-1858)
Jkvr. Anna Singendonck
Jan Jacob Rochussen (1858-1860)
Tijdens zijn premierschap weduwnaar van Anna Sara Velsberg en Elisabeth Charlotta Vincent
Jacob Pieter Pompejus baron van Zuylen van Nijevelt (1861-1861)
Emilie Annette Rochussen, dochter van Jan Jacob Rochussen en Anna Sara Velsberg (Van Zuylen van Nijevelt was weduwnaar van de zussen Françoise Wilhelmina Maria Schas en Jacoba Aletta Francina Schas)
Schelte baron van Heemstra (1861-1862)
Mathia Maria Anna Jacoba Storij van Blokland (Van Heemstra was weduwnaar van Henriëtte Hildegonda de Waal)
Isaäc Dignus Fransen van de Putte (1866-1866)
Lucia Henriëtte Cornets de Groot
Julius Philip Jacob Adriaan graaf van Zuylen van Nijevelt (1866-1868)
Catherine Harriët Nixon
Pieter Philip van Bosse (1868-1871)
Tijdens zijn premierschap weduwnaar van Maria Johanna Reynvaan
Gerrit de Vries Azn. (1872-1874)
Maria Everdina Reuvens
Jan Heemskerk Azn. (1874-1877, 1883-1888)
Anna Maria Heemskerk (zijn nicht)
Johannes Kappeyne van de Coppello (1877-1879)
Ongehuwd
Constantijn Theodoor graaf van Lynden van Sandenburg (1879-1883)
Wilhelmina Elizabeth Charlotta barones van Boetzelaer (Van Lynden van Sandenburg was weduwnaar van Elisabeth Machteline van Persijn)
Aeneas baron Mackay (1888-1891)
Elisabeth Wilhelmina barones van Lynden
Gijsbert van Tienhoven (1891-1894)
Anna Sarah Maria Hacke
Jhr. Joan Röell (1894-1897)
Jkvr. Eritia Ena Romelia de Beaufort
Nicolaas Gerard Pierson (1897-1901)
Catharina Rutgera Waller
Abraham Kuyper (1901-1905)
Tijdens zijn premierschap weduwnaar van Johanna Hendrika Schaay
Theodoor Herman de Meester (1905-1908)
Josina Agnes Reiniera Woltera Parker
Theodorus Heemskerk (1908-1913)
Lydia von Zaremba (Heemskerk was weduwnaar van jkvr. Maria Cornelia Hartsen)
Pieter Wilhelm Adrianus Cort van der Linden (1913-1918)
Johanna Cornelia de Koning (Cort van der Linden was weduwnaar van Joanna Diderica Wttewaal van Wickenburgh)
Jhr. Charles Joseph Marie Ruijs de Beerenbrouck (1918-1925, 1929-1933)
Jkvr. Maria Josephina Ernestina Alexandrina van der Heyden
Hendrikus Colijn (1925-1926, 1933-1939)
Helena Groenenberg (zijn nicht)
Jhr. Dirk Jan de Geer (1926-1929, 1939-1940)
Maria Voorhoeve
Pieter Sjoerds Gerbrandy (1940-1945)
Hendrina Elisabeth Sikkel
Willem Schermerhorn (1945-1946)
Barbara Rook
Louis Joseph Maria Beel (1946-1948, 1958-1959)
Henrica Gerardina Maria Josepha (Jet) van der Meulen
Willem Drees (1948-1958)
Catharina (To) Hent
Jan Eduard de Quay (1959-1963)
Maria Huberta Wilhelmina van der Lande
Victor Gerard Marie Marijnen (1963-1965)
Wilhelmina Geertruida Maria (Mini) Schreurs
Jozef Maria Laurens Theo (Jo) Cals (1965-1966)
Geertruida Catrien (Truus) van der Heijden
Jelle Zijlstra (1966-1967)
Hetty Bloksma
Petrus Jozef Sietze (Piet) de Jong (1967-1971)
Anna Geertruida Jacoba Henriëtte (Anneke) Bartels
Barend Willem Biesheuvel (1971-1973)
Wilhelmina Jacoba (Mies) Meuring
Johannes Marten (Joop) den Uyl (1973-1977)
Elisabeth Jacoba (Liesbeth) van Vessem
Andreas Antonius Maria (Dries) van Agt (1977-1982)
Eugénie Jacqueline Theresia Krekelberg
Rudolphus Franciscus Marie (Ruud) Lubbers (1982-1994)
Maria Emelie Josepha (Ria) Hoogeweegen
Willem (Wim) Kok (1994-2002)
Margrietha (Rita) Roukema
Jan Pieter (Jan Peter) Balkenende (2002-2010)
Bianca Hoogendijk